Wim de Graaf (70) is in de weekenden regelmatig bij Bezoekerscentrum De Gesteentetuin, op een steenworp afstand van Schokland, te vinden. Als gids en gastheer van Het Flevo-landschap vertelt hij graag over deze bijzondere plek. ‘De geschiedenis ligt hier in het oudste gedeelte van dit piepjonge land letterlijk voor het oprapen.’
Een fascinatie voor stenen had Wim niet altijd, wél voor geschiedenis. In De Gesteentetuin kan hij zijn hart ophalen. Ten westen van het voormalige eeuwenoude eiland Schokland, midden in de uitgestrekte drooggevallen Noordoostpolder. Beleef hier de historie: van de prehistorie tot nu. Flevoland is man-made, nog maar zo’n 75 jaar jong. Op deze plek ga je duizenden jaren terug in de tijd.
Wim ziet het verhaal in de stenen die hier gevonden zijn. De zwerfstenen die in groepjes in De Gesteentetuin liggen, zijn hier ongeveer 150.000 jaar geleden tijdens de voorlaatste ijstijd beland. Het honderden meters dikke landijs bedekte het noorden van Nederland. De stenen zijn meegesleurd door het landijs vanuit Scandinavië en toen het ijs smolt, bleven ze hier liggen. De tuin is aangelegd om mensen iets te vertellen over deze bijzondere stenen en de ijstijd.
‘Na de inpoldering vonden mensen een enorm keienveld in de drooggevallen polder ten noorden van Urk. Boeren vonden de keien bij het ploegen van het land. Sommige bleven op het erf als siersteen, andere werden gebruikt bij bouwwerken of zijn hiernaartoe gebracht’, vertelt Wim enthousiast. Hij wandelt op het schelpenpad, langs de stenen. ‘Ik vertel mensen graag hoe bijzonder de grond is waar ze op lopen. Een ijstijdbodem van keileem. Keihard, waardoor bomen niet goed kunnen wortelen en bij stormachtig weer omvallen,’ zegt hij, terwijl hij naar de bomen van het Schokkerbos wijst waar het pad in verdwijnt en De Gesteentetuin verder gaat.
Mensen komen uit alle windstreken voor een bezoek aan De Gesteentetuin. ‘Toeristen, ook uit het buitenland, gaan de werelderfgoedlijst af en komen zo hier terecht. Schokland is namelijk het eerste werelderfgoed van Nederland.’ Het voormalige eiland staat symbool voor de strijd tegen het water en verdient volgens de vrijwilliger dan ook zeker een plek op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. ‘Sommige bezoekers hebben het hardnekkige beeld dat de polder saai en vlak is, maar hier kan ik het tegendeel bewijzen.’
De grootste schatten liggen verborgen in de bodem, van dit in totaal 1.300 hectare grote gebied. Daar liggen woonresten uit een periode van 10.000 jaar. In het bezoekerscentrum zijn archeologische parels te bewonderen en valt te ontdekken hoe mensen hier jaren geleden leefden. ‘Het fascineert mij dat hier een stukje van de geschiedenis van Nederland voor het oprapen ligt. Heb je het programma Spoorloos wel eens gezien? Het boeit mij iedere keer. Ze spelen mooi in op een vraag die bij heel veel mensen leeft: waar kom ik vandaan? In mijn rol als gastheer ben ik me hier heel bewust van.’
Een aanrader is volgens Wim de eerste zondag van de maand. ‘Dan kunnen bezoekers hier hun zelf gevonden stenen laten doorzagen. Wij vertellen wat we zien. En vaak kunnen we herleiden waar ze vandaan komen.’ Dan komt de stenencursus die Wim volgt goed van pas. ‘Iedere steen heeft een verhaal. En ik mag als vrijwilliger deze verhalen vertellen’, besluit hij met een lach.
Op de website www.schokland.nl zijn de openingstijden en meer informatie te vinden over Bezoekerscentrum De Gesteentetuin.